Waartoe zijn wij op aarde?

Dat is de vraag waarmee de dominee Marieke Andela – Hofstede haar preek begint. De dienst in de Zuiderkerk is op deze zonnige zondagmorgen voor de kerkgangers begonnen met het bij het binnengaan van de kerkzaal van een folder over de Bijbel in Gewone Taal (BGT). Een folder die door het Nederlands Bijbelgenootschap is uitgegeven ter gelegenheid van de Nationale Bijbelzondag 2014 op 26 oktober 2014. De Bijbel in Gewone Taal wordt sinds kort verkocht en zou er voor kunnen zorgen dat meer Nederlanders een Bijbel in huis hebben. Nu heeft 46% van de Nederlandse huishoudens geen Bijbel in huis. In de Nieuwe Bijbelvertaling van 2004 worden 11.000 woorden gebruikt, in de Bijbel in Gewone Taal nog geen 4.000. Het is een Bijbel in heldere en begrijpelijke taal. Met de folder in de hand lopen we de kerkzaal binnen. Welke registers heeft organist Hans te Winkel opengetrokken?, vraag ik me af. Er klinkt frisse muziek, passend bij deze prachtige morgen. De welkomsttekst staat nog niet op het scherm, daar wordt aan gewerkt. De kerkgangers zien wat er verschijnt op de monitor van een pc of laptop als de gebruiker naar een bestand in de documenten zoekt. Wanneer de kerkenraad binnenkomt, net voor het begin van de dienst, heeft Harm Hoftiezer de welkomsttekst op het scherm. Ouderling Jan Hordijk, zijn naam verschijnt niet op het scherm maar ik ken hem, heet de kerkgangers welkom en vertelt dat er wat problemen met de beamer zijn. Het zou wel eens kunnen gebeuren dat wanneer een vers van een lied wordt gezongen niet direct het volgende vers op het scherm verschijnt. ‘Dan kunt u nog even over het eerste vers nadenken’, zegt hij en de aanwezigen reageren met een glimlach. Psalm 67:1 is het aanvangslied waarna stil gebed, bemoediging en groet volgen. Ieder van ons is hier gekomen met eigen ervaringen, hoop en verwachtingen, zegt de dominee. En we danken voor de goede dingen die er ook zijn. Voor de mensen om ons heen die ons met onze zorgen niet alleen laten. Met Lied 218 zingen we daarvan. Na het gebed voor onze wereld worden van lied 967 de verzen 1,5,6 en 7 gezongen, dan volgt het gebed om de heilige Geest en wordt lied 858 gezongen, ‘een lied waarvan je over elk couplet wel enig tijd na kunt denken’, zegt de dominee. Tien kinderen komen naar voren. De dominee heeft wat meegebracht. De kinderen hebben niet veel moeite om te zien wat het is. Een portemonnee en een paar munten. Goed tellen, geen € 1,40, maar € 2,40. Wat staat er op? Koning Willem Alexander. En op deze? Beatrix, onze oude koningin. Op elk geldstuk staat iets bijzonders. Waar kun je dat geld gebruiken? In de winkel! Waar nog meer? In het hele land, in de landen van Europa. De dominee heeft nog iets meegenomen. Wat is dit? Een kerkmunt. Wat staat er op? Een kerk. Kun je die ook overal gebruiken? Nee, alleen in de kerk. Jezus vertelt er over. In die tijd was dat ook al zo. Toen waren er ook twee soorten geld. Geld dat je overal kon gebruiken en geld dat je alleen in de tempel kon gebruiken. De dominee leest twee gedeelten uit de Bijbel, Psalm 96 en Matteüs 22:15-22, waar Jezus de vraag krijgt of de mensen belasting aan de keizer mogen betalen. De dominee kondigt het lied aan dat na de preek wordt gezongen. Dan vraagt ze wie er een liedboek heeft meegnomen. Dat is een behoorlijk aantal, sommige steken het liedboek omhoog. ‘Waartoe zijn wij op aarde?’, zo begint de dominee haar preek. Dat is een vraag uit het catechisatieboekje van de dominee toen ze dertien jaar oud was. Het antwoord staat er ook bij: ‘Wij zijn op aarde om God te dienen’. Dat is een duidelijk antwoord, daar kun je het als gelovige mee doen. Tegenwoordig gaat het om geld verdienen en om genieten. Economische belangen staan hoog op de agenda. Overal lees je: Koop mij! ‘Gezellig shoppen, ook op zondag’, is een leus bij een plaatselijke supermarkt. Koop me, ik ben het waard, jij toch ook? Wat bepaalt je waarde? Wat je kunt kopen of toch wat anders? We lazen een verhaal over Jezus. Die heeft net een verhaal verteld over een koning die een feest geeft. Dan krijgt Jezus een vraag, een vraag over belasting betalen. Dat is door de Romeinse keizer aan de mensen opgelegd. Er waren mensen die weigerden te betalen, verzetsmensen. Maar er waren ook gematigden, de Herodianen, die wel betaalden. Samen met een paar Farizeeërs kwamen die bij Jezus en stelden de vraag: ‘Zeg ons daarom wat u vindt: is het toegestaan de keizer belasting te betalen of niet?’ Een strikvraag, een vraag met een slechte bedoeling. Elk antwoord lijkt op voorhand fout. Wat zal Jezus doen? Allereerst laat hij zien dat Hij geen geld bij zich heeft, Hij vraagt er om. “Laat me de belastingmunt zien’. Jezus krijgt een denarie aangereikt. De beeltenis van de keizer staat erop. Die had zich zelf gemaakt tot de allerhoogste. Hij duldde niemand boven zich en niemand naast zich. Jezus hoeft die munt niet. ‘Geef dan wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort’. Daarmee zet Jezus de keizer op zijn plaats.. Geef de keizer zijn geld, laat hem in zijn waarde, maar weet wel waar de werkelijk macht ligt. Met ons geld betalen we belasting aan de staat, en geven geld aan de kerk. Sommigen zien daarin dat er twee delen, twee stukken, in je leven zijn. Zaken zijn zaken en geloven doe je in de kerk. De dominee zegt dat de betekenis dieper ligt. Een mens moet beseffen, ook als er zorgen zijn, dat hij geen bezit van geld is. Maar dat je gekend en geliefd bent door God, omdat je mens bent. Al ben je een stofje, je bent de kroon op Gods schepping, je mag er wezen als partner van God. Er wordt wel eens gevraagd waar het koninkrijk van God is. De Joden hebben daar een mooi antwoord op. Gods koninkrijk is daar aanwezig waar mensen God koning laten zijn in hun leven. Dat is daar waar mensen God bovenaan zetten. Dat is ook zo in de gelezen Psalm. ‘Groot is de Heer, hem komt alle lof toe, geducht is hij, meer dan alle goden. De goden van de volken zijn minder dan niets, maar de Heer: hij heeft de hemel gemaakt’. In onze wereld zijn er vele afgoden. Hebzucht is een afgod, gezondheid, seksualiteit, gezondheid. Er is veel dat in ons beslag neemt. Durf het aan om tussen al die goden jouw God bovenaan te zetten. Tussen trend en traditie God erkennen als Hem die je alles schenkt. Een glimlach, een hand die naar je wordt uitgestoken kun je niet kopen. Liefde kun je niet kopen. Liefde kun je wel leren. Met elkaar. Daartoe zijn wij op aarde om te laten zien dat er een God van liefde is. Dat is meer dan geld verdienen en geld uitgeven. Dat vinden wij bij Jezus, de Levende. Dat mogen wij geloven, elke nieuwe dag. Er is een afkondiging van overlijden waarna lied 91a vers 1 wordt gezongen. Na de zegen wordt lied 425 gezongen. Na afloop van de dienst is er gelegenheid om een kop koffie, thee, of fris te drinken.

Over Tijme J. Bouwers

Doctoraal economie RU Groningen 1967 Mil. Dienst, 1968-1969, oud res. officier cavalerie Prov. Zuid-Holland, afd. toezicht gemeentefinanciën Min. van Fin. Inspecteur Rijksfinanciën 1972 - 1976 Burgemeester Ferwerderadeel 1976 - 1988 Burgemeester Aalten 1988 -2004
Dit bericht is geplaatst in Kerk, PKN. Bookmark de permalink.