Net op tijd weten we onze ondeugd in toom te houden. De openingswoorden van de president geven er aanleiding toe, maar de omvang van het gezelschap vraagt alleen maar om gezelligheid en een goed onderling gesprek. Een paar maand geleden waren er 14 aanmeldingen voor de maandelijkse lunch van de (oud)officieren van de cavalerie in Boxtel, er kwamen twee keer zoveel opdagen. Vandaag zijn er twee minder dan zich aangemeld hebben: vijftien wapenbroeders hebben de tocht naar ‘de Waag’ in het centrum van dit dorp in de Meierij van den Bosch aanvaard. De lunch volgt het vaste patroon: aperitief, maaltijd en koffie na. De borrel vooraf vindt plaats in de gelagkamer. Vanaf de markt komt het licht naar binnen. Vanmorgen schijnt de zon aan een blauwe hemel, door de ramen valt veel licht naar binnen. Ik probeer de sfeer vast te leggen met mijn camera. Ik druk als regel af zonder inschakeling van de flitser. Ook nu. Eerst een foto tegen het licht in, de schimmen aan de toog zijn alleen voor de ingewijde te herkennen. Dan een foto met het licht in de rug. Rens Sol wil graag met mij op de foto, die Dick Soelaksana wel wil maken. Het is een illustratie van het feit dat er vanmorgen voldoende licht naar binnen komt.
Om kwart voor een gaan we aan tafel. De president van dienst, Rob Hiltmann, waarschuwt ons drie minuten voordien. ‘Een druppelpauze’, hoor ik iemand zeggen. Aan tafel zingen we staande het eerste couplet van het Huzarenlied. Rob vraagt ons te blijven staan. Hij memoreert het overlijden van Willem Mezger op 88 jarige leeftijd op 11 nov. jl. en vraagt ons een minuut stilte in acht te nemen. Hierna geeft Rob een kort overzicht van de militaire carrière van Willem Mezger. Na de oorlog ging hij als vaandrig naar Nederlands Indië, werd daar bevorderd tot tijdelijk tweede luitenant, kwam in 1949 terug en werd weer teruggezet naar vaandrig. Zo ging dat toen nog, Holland op zijn smalst. In 1950 ging hij naar Korea, werd weer bevorderd tot tweede luitenant en is daarna als beroepsofficier in dienst gebleven. Rob noemt hem een mysterieuze man die op handen werd gedragen. Als voorbeeld noemt hij een gebeurtenis toen Willem eskadronscommandant was op de Dumoulin- kazerne. Hij was jarig, het eskadron stond voor ochtendappel aangetreden. Willem kreeg een taart van de huzaren. Die hebben dat jarenlang volgehouden. Rob noemt de humor van Willem, maar je moest goed opletten waar de humor in zat.
Er wordt een glas wijn of een ander drankje geserveerd. Rob is op 19 nov. jl. 72 geworden en biedt ons het eerste glas aan. Dan verwelkomt hij de aanwezigen. Eerst noemt hij de afgevaardigde van Amersfoort (die er bijna altijd is). Dan de vertegenwoordiger van de Eemlandlunch (ook vaste gast in Boxtel). Stef Laarman, actief dienend, wordt terecht welkom geheten en dan heet Rob de ereleden welkom. Noemde hij de eersten bij naam, de namen van de twee ereleden noemt hij niet. Dat is niet te accepteren en daar zeg ik wat van. Dan noemt Rob de namen van de leden van deze tafel die bij de lunch ter gelegenheid van het 80jarig bestaan van de Haagsche lunchtafel aanwezig waren. Hij noemt ze bij naam en zegt dat er drie ereleden aanwezig waren. Weer noemt hij hun namen niet. Ik zal ze maar noemen: Hans Snip en ik. Rob Hiltmann was ook in den Haag. Ooit is hij benoemd tot erelid. Nu hij president is kan hij die functie niet meer uitoefenen en moet hij als erelid buiten dienst worden beschouwd.
Het voorgerecht komt op tafel. Een paté van wild met daarop een plakje herten ham gelardeerd met stukjes truffel. Dat is aanleiding om daar in stilte van te genieten. Rens Sol doorbreekt de aandacht voor dit voorgerecht. Hij is op 26 dec. a.s. jarig. Anders dan Tuur verjaart hij eens per jaar. Omdat hij tijdens de volgende lunch in Spanje vertoeft kan hij dan geen glas aanbieden, daarom doet hij het nu. Hij voegt er een advies aan het triumviraat aan toe. Er zijn vandaag weinig leden aanwezig. Hij vraagt niet meer kenbaar te maken in de convocatie wie de tafel voorzit (hilariteit). Ten derde heeft hij het vandaag geweldig naar zijn zin, hij is gelukkig omdat er zo weinig leden zijn. (Rens zit tussen David en mij). Rens gebruikt ook nog een term: Homo anonymi. Er wordt geroepen of dat wel gender neutraal is. De president kan het niet laten toch te reageren. Tijdens de septemberlunch was hij ook president. Van te voren hadden zich 14 aangemeld, het dubbele aantal verscheen ten tonele.
Het is tijd voor het hoofdgerecht. Dat bestaat uit kabeljauwfilet, aardappelplakjes, bonensaus etc. Stef Laarman krijgt het woord en geeft een overzicht van de actualiteiten van de 13e lichte brigade. De omvorming naar wielvoertuigen is nog steeds gaande. Het materieel in Mali slijt sneller dan gedacht. Ook spreekt hij over de Europese gevechtsgroep en de NAVO Quick Force. Tenslotte vertelt hij over een vakantie met zijn vrouw op Rhodos. Daar heeft hij het vroegere vakantiehuis van Mussolini bezocht. Delen ervan zijn nog intact. Vlak bij dat huis staat een kerkje dat in de voorgevel een beeld heeft van Sint Joris. ‘Heb je dat meegenomen?’, wordt direct gevraagd. Stef heeft het laten zitten. Het toetje komt op tafel. Bavarois van appel, ijs en chocolademousse. John Mantingh staat op om wat te zeggen. Iedereen heeft al gezien dat hij niet goed gekleed is, hij draagt niet de juiste das. John geeft er een verklaring voor. Hij is commandant van de Vliehors geweest, het schietkamp van de cavalerie op Vlieland. Op de das staat een afbeelding van de vuurtoren van Vlieland. John is er maar wat trots op.
Rob wil afsluiten, maar hij heeft mij het woord nog niet gegeven. Ik vertel dat ik een boek aan het lezen ben. Ook Arie Rens leest een boek. Wij lezen een boek van Philip Blom, een Duitse historicus. Arie leest zijn boek, in het Duits, over de kleine ijstijd van 1570 tot 1700 in Europa, (Die Welt aus den Angeln – De Opstand van de Natuur: een geschiedenis van de kleine ijstijd (1570-1700) en het ontstaan van het moderne denken). Ik lees, in het Nederlands, ‘Wat op het spel staat’. Daarin schrijft hij over de klimaatcrisis, de digitalisering van de arbeid en de grote migratiestromen. In een paar alinea’s schrijft hij over de kleine ijstijd en geeft in het kort weer hoe verschillend er op klimaatverandering gereageerd kan worden. De stad Amsterdam zag nieuwe kansen en de Republiek der Verenigde Nederlanden groeide toen uit tot een grote zeemacht. Spanje, toen een wereldmacht, reageerde door verandering tegen te houden en het wereldrijk stortte in. Rob sluit af met de mededeling dat deze lunch de 199e was en dat de volgende lunch op 20 december aanstaande zal plaatsvinden. (Dan ben ik afwezig wegens de ontvangst van een groep van 20 Joden uit Dortmund in de Aaltense Synagoge).